Jij noemt jezelf Smaakmaker. Wat moet ik me daarbij voorstellen?
“Ik inspireer mensen met mijn kennis en enthousiasme. Ik neem ze mee in de wereld van smaak. Al kokend vertel ik over de producten, en de keuzes die ik maak wat samenstelling betreft. De groep helpt mee met onderdelen van de bereiding onder begeleiding van mij. Dat werkt geweldig. Mensen vinden het leuk om met aandacht voedsel te bereiden, dat krijg ik van ze terug. En intussen bereid ik met net zoveel aandacht de groep.”
‘Met aandacht een groep bereiden’, wat bedoel je daar eigenlijk mee?
“Om te beginnen daag ik de deelnemers aan mijn kookworkshops uit alle ingrediënten aandachtig te ruiken en te proeven. Te voelen ook. Ik kietel hun gevoel voor kwaliteit wakker. Wie een kookworkshop heeft gevolgd bij mij, kan zichzelf zomaar betrappen op snuffelen en voelen bij het boodschappen doen.”
“Ik laat me inspireren door de Mediterrane en Aziatische keuken. Houd het simpel, is daarin het uitgangspunt. Werken met pure producten. Alle ingrediënten moet je apart kunnen proeven. Je combineert verschillende smaken tot een lekker geheel, maar daarvoor moeten de ingrediënten wel goed zijn. Daarom begin ik met ruiken, voelen en proeven. Daar samen mee bezig zijn en je ervaringen uitspreken, maakt je veel bewuster van smaken en geuren. Over smaak valt dus te praten.”
Koken als verbindende factor?
“Terwijl mijn gasten zich proevend en pratend een gezamenlijk beeld vormen van het bereidingsproces, ontstaat er als vanzelf een nieuwe harmonie in de groep. Ik zorg voor een ontspannen sfeer met ruimte voor iedere individuele deelnemer als onderdeel van het geheel. Alle kookworkshops zullen weer anders zijn, want niet in elk seizoen zijn alle ingrediënten te verkrijgen. Als je eenmaal hebt geleerd te vertrouwen op je smaak, kun je zelf zoeken naar de juiste verhoudingen met een ander ingrediënt.”
Heb je een tip voor thuis?
“Maak eens een pesto zonder make-up. Vergeet om te beginnen de potjes uit de supermarkt. Wij gaan een verfijnde smaak maken, geen krachtpatser. Traditioneel wordt pesto van basilicum gemaakt, maar dat is er niet altijd. Het kan ook met bijvoorbeeld rucola of waterkers. Het proces begint met de selectie van de blaadjes: zijn ze stevig, gezond, geurig? Je moet al wakker en gelukkig worden van de geur.
Het volgende ingrediënt is een zeer goede olijfolie van de eerste persing, extra virgine. Dat hoeft geen exclusieve olie te zijn, het gaat om de pure smaak. Die kan heel fruitig zijn, of juist niet. Ontdek wat jij lekker vindt. Proef de olie en de basilicum. Dan komen er geroosterde pijnboompitjes bij voor een vollere smaak.
Parmezaanse kaas brengt het zout in en draagt ook bij aan een vollere smaak. Je kunt trouwens ook een kaas uit je eigen omgeving gebruiken. Als hij maar hard is, belegen en intens van smaak. Ook hiervan gebruik je niet te veel: de smaak van basilicum moet voorop staan.
Ten slotte kan er nog een beetje knoflook in, maar pas op dat dat niet overheerst. Dan wordt het een knoflooksaus. De harmonie gaat eruit en het wordt moeilijk te verteren.”
“Vind je het resultaat een beetje flauw, dan is je pesto geslaagd. Mensen zijn gewend aan veel zout, pit en knoflook, maar de smaak waar het om gaat proef je dan niet meer. Dit is pesto zonder make-up, puur en verfijnd.”
Kunnen we ook bij je komen proeven?
Kom bij mij proeven door een kookworkshop te volgen. Samen intens genieten van geuren en smaken.